Bij de start van het diagnostisch traject duiden we diagnostici uit ons team aan die met jullie het diagnostisch onderzoek zullen uitvoeren. Een iemand ( de trajectverantwoordelijke) zullen jullie al ontmoeten bij het opmaatgesprek. Bij dit opmaatgesprek zijn jullie en de verwijzer aanwezig en overloopt en verduidelijkt de opname-coördinator hoe we te werk zullen gaan. De trajectverantwoordelijke zorgt er mee voor dat het diagnostisch onderzoek goed start en vlot vooruit gaat, en is voor jullie ook het eerste aanspreekpunt bij vragen.
Een individuele diagnosticus (ID) zal met uw zoon of dochter aan de slag gaan. Een contextuele diagnosticus (CD) zal gesprekken met jullie als ouders of opvoedingsfiguur hebben. Een psycholoog zal een psychologisch onderzoek bij jullie kind afnemen. Vaak duiden we zowel een ID, CD als psycholoog aan, maar afhankelijk van de vragen en zorgen kan het ook gebeuren dat er maar twee of zelfs maar één diagnosticus start.
Elke diagnosticus heeft een verschillend takenpakket.
De individuele diagnosticus geeft alle aandacht aan uw zoon of dochter. Zij zal uw kind regelmatig zien tijdens het diagnostisch traject om informatie bevragen aan de hand van verschillende methodieken. Dit kan bij ons in het gebouw, bij uw thuis, op school of op een andere locatie. Tijdens deze gesprekken brengt de ID in kaart wat er goed loopt en wat er minder goed loopt. Zij staat stil bij hoe het hier en nu gaat, maar kijkt met uw zoon/dochter ook terug naar zijn/haar verleden en dat van jullie gezin om samen beter te kunnen begrijpen hoe de ontwikkeling van uw kind is verlopen. Tenslotte spreekt de ID ook over toekomstwensen –en plannen, en wat er zou kunnen helpen deze wensen en plannen te kunnen bereiken.
Als ouder zelf zal je vooral in contact staan met de contextuele diagnosticus. Tijdens deze gesprekken zal het gaan over jullie ervaringen als ouder, het leven in jullie gezin en familie, belangrijke positieve en negatieve levensgebeurtenissen, maar ook over hoe jullie zoon of dochter zich van geboorte tot nu heeft ontwikkeld, en hoe de opvoeding doorheen deze ontwikkeling is gebeurd. De CD zal tijdens deze gesprekken ook vaak bepaalde methodieken meebrengen en gebruiken, en bespreekt ook telkens wat dit precies is en hoe het in zijn werk gaat.
De psycholoog zal bij de start van het diagnostisch onderzoek altijd een beschrijving maken van hoe uw zoon of dochter nu functioneert, en hoe hij/zij zich als persoon ontwikkelt. De gebruikte vragenlijsten worden vaak niet alleen door uw kind ingevuld, maar ook door jullie als ouder. Indien de psycholoog na overleg inschatten dat een grondiger psychologisch onderzoek nodig is, zal de psycholoog hiervoor goed passende methodieken kiezen en gebruiken om dit verder te onderzoeken. Indien er vanaf het begin de vraag was of er bv een ontwikkelingsstoornis (zoals ADHD) aanwezig is, plant de psycholoog dit onderzoek natuurlijk ook al vanaf de start in.
De diagnostici spreken met jullie en met jullie kind tijdig af wat er dient te gebeuren, hoe vaak en wanneer er gesprekken zullen zijn, of dit in onze lokalen, bij jullie thuis, of op bv. school gebeurt…. Ze houden jullie ook op de hoogte van de resultaten, eventuele nieuwe vragen die opduiken, en over het verloop van het diagnostisch onderzoek in het algemeen.
Onze diagnostici houden van een open en heldere communicatie met jullie en jullie kind, maar houden hierbij ook zoveel als mogelijk rekening met jullie leefomstandigheden. Ze gaan er van uit dat jullie als ouders belangrijk zijn en ook blijven tijdens het diagnostisch onderzoek. Ze kijken niet alleen naar wat er niet goed gaat, maar zoeken ook altijd naar wat er wel goed gaat, en waar we samen kunnen op bouwen om de aanwezige zorgen en vragen aan te pakken. Op het einde van het diagnostisch onderzoek bespreken we in aanwezigheid van iedereen de resultaten en de vaststellingen, en leggen we ons advies uit: wat is er aan de hand, wat helpt dit te begrijpen, en wat moeten we eventueel doen om de situatie beter te maken.
We weten dat we als diagnostici vaak moeilijke en soms ook lastige vragen zullen stellen, vragen waarop het niet altijd gemakkelijk is om over na te denken of om over te spreken. Sommige diagnostische vragen kunnen ook best confronterend zijn. We houden daarom zo veel als mogelijk rekening met de gevoeligheden van iedereen. We waken erover dat we moeilijke en lastige vragen respectvol en ondersteunend stellen, uitleggen waarom we net deze vragen stellen. Indien jullie iets willen vertellen dat écht niet in het eindverslag mag worden neergeschreven, heb je ook de mogelijkheid om dit aan te geven, en respecteren we dit ook.
Als ouders met wat oudere kinderen kom je ook meer en meer in een situatie waar uw zoon of dochter ook inspraak krijgt en heeft, kan vragen om iets niet met jullie te bespreken, iets wel of niet te willen doen …. Als ouder is dit altijd opnieuw moeilijk. Hoe brengen we de rechten en plichten van een gezin (en jullie als ouders) in evenwicht met de rechten en plichten die uw kind steeds meer zelf mag uitoefenen en vragen te respecteren?
Ook voor ons is dit telkens een moeilijke oefening. Maar we vinden het belangrijk dat we deze oefening telkens opnieuw maken, en bespreken we ook waarom we in deze ingewikkelde situaties een concrete keuze maken.
Indien u als ouder of als betrokken opvoedingsfiguur hierover vragen en zorgen hebt, dan kan u dit altijd vermelden en bespreken. De trajectverantwoordelijke zal hiervoor het eerste aanspreekpunt zijn. Maar indien gewenst of nodig, kunnen jullie ook een gesprek vragen met een van de leidinggevenden: verantwoordelijke diagnostiek, verblijfscoördinator, of directie.